Waarom is archeologisch onderzoek nodig bij een dijkversterking?
In onze bodem zit informatie over mensen die hier ooit woonden. Zij jaagden en visten, hielden vee, verbouwden gewassen, bouwden huizen of kastelen, verdedigden hun land tegen aanvallers en begroeven hun doden. Hiervan zijn sporen en resten achtergebleven in de grond, die ons iets vertellen over hoe mensen vroeger hebben geleefd.
Deze sporen kunnen verloren gaan als je in de bodem gaat graven, bijvoorbeeld bij een dijkversterking. En dat willen we voorkomen. Daarom voeren we eerst archeologisch booronderzoek en geofysisch onderzoek uit
Hoe gaat archeologisch booronderzoek in zijn werk?
We halen grond naar boven met een handboor, steeds in stapjes van 10 cm. Deze grond vertelt ons hoe het landschap eruit zag in het verleden, waar het vroeger prettig was om te wonen en waar niet. Ook zitten in de opgeboorde grond soms voorwerpen die verwijzen naar het verleden, Zo vinden we bijvoorbeeld wel eens een stukje aardewerk, een fragmentje bot of een stukje bewerkt vuursteen.
Hoe ziet zo'n boring eruit?
De veldwerkers maken met een edelmanboor één of meerdere boorgaten in de bodem.
Ze bestuderen en beschrijven de opgeboorde grond, kijken of er archeologische vondsten in zitten en maken daarna het boorgat weer dicht. Eén boring duurt ongeveer een half uur.
En wat is geofysisch onderzoek?
Daarmee kunnen we archeologische verschijnselen in kaart brengen zónder in de bodem te graven. Daar zijn verschillende methodes voor. Hier gebruiken we elektromagnetische inductie. Die meet geleidingsverschillen in de grond, die kunnen wijzen op grachten, wallen, baksteenconstructies maar ook loopgraven en bunkers.
Hoe gaat dat in zijn werk ?
Een medewerker van Saricon loopt met de Mini-explorer door het veld en beweegt een sonde ongeveer 10 cm boven de grond. Voor de plaatsbepaling wordt een nauwkeurige GPS gebruikt. Wat er in de grond wordt gemeten is dan nog niet duidelijk.
Wat gebeurt er met de analyses en beschrijvingen?
Na het veldwerk werken we alle gegevens uit. We beschrijven de bodemsoort, de meetgegevens van afwijkingen in de bodem en de vondsten. Alle informatie zetten we ook op kaarten. In de rapportage geven we aan waar archeologische resten en vindplaatsen voorkomen of kunnen worden verwacht.
Ooit iets bijzonders meegemaakt bij het veldwerk?
Grondeigenaren weten dat we komen en zorgen ervoor dat we ons werk kunnen, bijvoorbeeld door vee van het land te halen. Maar soms staan die dieren er toch, en dan moeten we boren tussen die dieren. Met een opdringerige stier ging dat toch iets te ver…
Ik herinner me ook nog een boring op de grond van een oudere heer. Hij dacht aan een babbeltruc en liet ons niet toe. Later werkte hij gelukkig mee en zijn de boringen alsnog gezet.
Wanneer volgt een archeologische opgraving?
Als het kan, houden de ontwerpers van de dijk rekening met archeologische vindplaatsen. Lukt het niet, dan adviseren we een archeologisch opgraving op de plekken waar we vermoeden dat er archeologische resten en vondsten liggen. Dit moet vóór of aan het begin van de dijkversterkingswerkzaamheden plaatsvinden. Of er iets daadwerkelijk ligt, blijft nog even spannend.